Fysiek sterk en gezond
Metselen is en blijft handenarbeid. Je dient dus fysiek in orde te zijn om het beroep van metselaar te kunnen beoefenen. Denk je een kleine fysieke achterstand te hebben maar ben je gezond dan is er geen probleem. Na enkele maanden zal je lichaam gewoon worden aan het werk op de werf maar tussentijds kan je wel enkele kwaaltjes zoals stramme spieren en pijnlijke gewrichten ondervinden.
Geen hoogtevrees en een goede balans
In veel situaties zal je moeten werken op een stelling of op enkele meters boven de grond. Een goede lichaamsbalans is dan onontbeerlijk tijdens het metselen. Een goede balans kan je met de nodige uren nog aanleren of verbeteren maar heb je hoogtevrees dan moet je dit voor je start afleren.
Rekenen en meten
Wie denkt dat een metser alleen maar met brute kracht werkt, is fout. Een metselaar moet ook goed kunnen rekenen en meten want veel taken van een metselaar omvatten denkwerk. Enkele voorbeelden wanneer een metser zijn hoofd erbij moet houden:
Teamspeler
Als metselaar werk je niet veel alleen op de werf. Je kan dus maar best een goede teamspeler zijn want je moet op je collega’s kunnen rekenen en omgekeerd moeten je collega’s op jou kunnen rekenen. Alleen zo krijg je de werken op tijd klaar.
Scherpzinnig te werk gaan
Ook tijdens het werk moet de metselaar een goed inzicht hebben in het geleverde werk. Een fout op tijd vaststellen bespaart veel tijd en geld voor de aannemer of het bouwbedrijf.
Om het loon van een metselaar te kennen moet je weten tot welke categorie van PC 124 (bouw) de metselaar behoort. Ook is er een verschil in het loon van een metselaar als hij jonger of net ouder is dan 18 jaar.